Meatable haalt met nieuwe investeerders vlees in de kuip

26-03-2021

Het Delftse kweekvleesbedrijf Meatable heeft een paar grote namen aangetrokken om in het bedrijf te investeren. Onder de investeerders bevinden zich Section 32, het investeringsfonds van Google Ventures oprichter Bill Marris, en het Nederlandse biotechnologiebedrijf DSM. Daar houdt het lijstje echter nog niet op; ook Rick Klausner, de voormalig directeur van de Bill & Melinda Gates foundation en Jeffrey Leiden, oud-CEO van Vertex, sluiten aan in deze investeringsronde.

De investeringen in deze ronde komen op een totaal van 47 miljoen dollar. De totale investeringen in Meatable sinds de oprichting in 2018 komt met deze investeringsronde op 60 miljoen dollar. Daarmee is dit veruit de grootste investeringsronde in het bedrijf tot dusver.

Het vuur aanjagen

Met deze kapitaalinjectie is het bedrijf van plan om stevig op groei in te zetten. Waar eerder de focus op het onderzoek lag kan er nu worden opgeschaald naar het op gang brengen van de voedselproductie. CEO Krijn de Nood richtte het bedrijf Meatable samen met Daan Luining op. De Nood geeft aan heel trots te zijn op de grote namen die het bedrijf heeft aan weten te trekken. Hij verwacht nu dat de bal verder gaat rollen.

Eerder zijn er uiteraard ook al investeerders binnengehaald. De nieuwe lichting sluit zich aan bij Agronomics, BlueYard Capital, het Huboldt-fonds en Taavet Hinrikus, de oprichter van TransferWise. Met deze behoorlijk imposante lijst aan investeerders is Meatable al stevig op stoom geraakt.

Prototype

DSM, dat zich nu dus heeft aangesloten bij de investeerders van Meatable, vormde vorig jaar nog de locatie waar Meatable haar eerste worstje liet zien. Het zogeheten ‘showcase-product’ was een in het lab gekweekt ‘varkensworstje’ en het eerste praktische voorbeeld van de plannen van Meatable. De Krijn heeft nog geen hapje van een zelf gekweekt worstje gehad omdat dat eerst nog via de toezichthouder moet.

Meatable streeft ernaar om haar producten te gaan slijten in de EU, de Verenigde Staten en in Singapore. Daar staan nu de aanvragen uit voor goedkeuring door de voedsel en warenautoriteiten. De hoop is nu om over ruim twee jaar het fiat te hebben om in deze markten bekend te staan als veilig voor consumptie. Volgens Meatable zou het dan gaan om kleine hoeveelheden en nog niet om een grootschalige introductie in de markt. Afhankelijk van de snelheid waarmee de voedsel en warenautoriteiten werken, verwacht De Krijn in 2025 voor een concurrerende prijs beschikbaar te zijn voor de consument in de supermarkt.

Plantaardige bodem

Meatable maakt gebruik van wat jongere stamcellen dan bijvoorbeeld de Nederlandse concurrent Mosa Meat. Dat is volgens De Nood ook van belang bij de kweek. Meatable maakt geen gebruik van een zogeheten kalfsserum als kweekbodem maar in plaats daarvan wordt een plantaardige bodem gebruikt. Daarmee is het bedrijf anders dan andere bedrijven in het buitenland.

Mosa Meat presenteerde acht jaar geleden de eerste in het lab gekweekte hamburger ter wereld. Volgens De Nood zijn er geen issues als er twee bedrijven in hetzelfde land met kweekvlees bezig zijn. Hij gelooft dat concurrentie juist een voordeel kan zijn. De bedrijven zijn bezig met het opzetten van een alliantie voor kweekvlees binnen Europa.

Ander vlees

Nu de testen met varkensvlees succesvol zijn gebleken gaat Meatable ook met andere vleessoorten aan de slag. Rundvlees staat als eerste op het programma maar daarna willen ze ook kip en misschien zelfs vis naar de markt gaan brengen. De grote voordelen van kweekvlees zijn bekend; dierenleed wordt ermee  drastisch ingeperkt en de druk op het milieu wordt ook stevig verlicht. Gekweekt rundvlees zou 87% minder grondstoffen verbruiken dan traditioneel vlees. Bij varkensvlees ligt dit op 52%.

Plantaardig vlees zal volgens De Nood altijd milieuvriendelijker blijven dan kweekvlees. Meatable zet erop in dat de voorkeur van veel consumenten toch uit zal gaan naar ‘vlees’ dat dichter bij zowel de textuur als ook de smaak van traditioneel vlees komt.

Terug naar het overzicht